Kunstcollectie

Abraham de Haen (1707 – 1748)

Abraham de Haen was dichter, etser en vooral een van de grote tekenaars van de 18e eeuw. Hij was de zoon van Abraham de Haen en Anna Preyger. Zelf bleef hij ongehuwd. Zijn vader was eerst graankoopman en later boekhouder.

Hij kreeg van zijn ouders een uitstekende opvoeding mee, was van zijn jeugd af al de Latijnse en Franse taal machtig, en werd opgeleid tot rechtskundige, hoewel hij voorbestemd was tot de rechtenstudie trok de tekenkunst hem meer aan, hij werd leerling van Cornelis Pronk, in die tijd de enige echte meester op het terrein van de topografische tekenkunst. Volgens tijdgenoten had de leerling de meester al spoedig voorbijgestreefd.

Hij schreef een gedicht voor het boek "De Lustplaats Soelen" van Claas Bruin en in 1725 was hij intekenaar voor het Kabinet van Nederlandsche Oudheden en Gezichten van Abraham Rademaker, dat 300 afbeeldingen van kerken, kloosters en kastelen bevatte. Ook was hij bevriend met de veel oudere Amsterdamse lakenkoopman Andries Schoenmaker.

In de Hedendaagse Historie of Tegenwoordige staat van alle volken, uitgegeven door Isaac Tirion in 1729, zijn drie tekeningen van De Haen opgenomen en in het door dezelfde uitgever vanaf 1745 uitgegeven Het Verheerlijkt Nederland zijn 79 van de opgenomen 756 afbeeldingen gebaseerd op werk van De Haen.

Gegevens omtrent zijn levensloop zijn te vinden in het voorwoord bij zijn dichtbundel De Herderszangen en Mengeldichten van Abraham de Haen die in 1751 na zijn overlijden werd uitgegeven door Sara Maria van der Wilp. Zij was de dochter van Jessica Preyger, een zus van Abrahams moeder. Hierin werd gewag gemaakt van zijn Gezichten van Landschappen, Steden, Sloten, enz., die den roem van alle Oordeelkundigen wegdraagen, alsmede van zijn herderszangen, wier zoetvloeijenheid en weligheid zo streelend is, dat zy elks goedkeuring verdienen.

De pentekening Gezicht op Kampen vanuit het zuidoosten, is toegeschreven aan Abraham de Haen (ca 1730), 102 x 346 mm