
Jan Jacob Fels werd geboren te Kampen, in het aan de Oudestraat gelegen huis Wildschut, één van de mooiste huizen van de stad, gebouwd in renaissancestijl, dat desondanks in 1877 werd gesloopt. Hij was actief als schrijver en dichter en berijmde de zogenaamde Kamper Stukjes, die in 1844 door de Gebroeders Fels werden uitgegeven en die de basis vormden voor de zogenaamde ‘Kamper Uien’. Ook was hij lid van Rederijkerskamer Van der Palm, maar hij maakte zich vooral verdienstelijk als schilder en tekenaar. Op jonge leeftijd kreeg hij tekenlessen van stadstekenleraar S. Birnie, waar zijn talent al spoedig opviel. Hij vervolgde zijn opleiding bij J. Plugger in Zwolle en later bij B.C. Koekoek.
Hij werkte een paar jaar als houthandelaar, tot hij omstreeks 1860 naar Zutphen vertrok. Vervolgens woont hij onder meer in Alkmaar, waar zijn vrouw vandaan kwam, en in Arnhem. In al die plaatsen maakt hij beeldend werk, maar ook in Duitsland waar de wortels van zijn familie liggen. Zijn beeldende werk is verwant aan de romantiek, de stroming waar ook zijn leermeester B.C. Koekoek toe behoorde. J.J. Fels heeft een aantal indrukwekkende stadsgezichten op zijn naam staan, onder meer van Kampen en Zutphen, waaruit een groot talent voor het weergeven van architectuur spreekt. Het Frans Walkate Archief bezit onder meer een aantal bijzondere schetsboeken van hem.