Het leven van Pieter Remmers heeft opvallende parallellen met dat van Hendrick Avercamp. Beide waren doofstom en beide waren in Amsterdam geboren en opgeleid, maar kwamen later in Kampen wonen. Remmers van 1771 tot 1810. Remmers talent was minder groot dan dat van Avercamp, waardoor hij nauwelijks bekend is geworden. Hij heeft vooral getekend, in een enigszins naïeve, maar desondanks beeldende stijl. De tekenkunst was in Remmers tijd populair, vooral voor het vastleggen van topografische onderwerpen. Ook Remmers vervaardigde een aantal ‘Kamper’ taferelen die een bijzonder beeld geven van het stedenschoon van een aantal eeuwen terug. Het nagelaten oeuvre van Remmers is bescheiden van omvang: ongeveer veertig tekeningen, die verspreid zijn geraakt over de collecties van het Rijksprentenkabinet te Amsterdam, het Stedelijk Museum Zwolle, het Gemeentearchief Kampen en het Frans Walkate Archief. Het was archivaris Clara Welcker die Remmers en zijn werk aan de vergetelheid heeft ontrukt.