Kunstcollectie

Martin-Jan van Santen (1968)

Martin-Jan van Santen (1968) studeerde in 1992 af aan de Christelijke Hogeschool voor de Kunsten Constantijn Huygens te Kampen (heden ArtEZ Zwolle). Hij volgde de afdeling Illustratie. Voor de VPRO vervaardigde hij een reeks afleveringen van The White Cowboy, het onbespoten broertje van Lucky Luke, Bobby’s Body (2003) en de poppenfilmserie Egoland (2004). Tijdens en na een intermezzo, waarin hij onder meer commercials insprak (vanaf 2007), poppenkastvoorstellingen gaf en het stripalbum De avonturen van Ridder Roosje vervaardigde (2008), dat zich afspeelde tegen het historische decor van zijn woonplaats Kampen, ging hij zich meer richten op het schilderen.

Drie hoofdthema’s komen steeds terug: landschappen en stadsgezichten, portretten en naakten. Er gaan geen diepere gedachten achter deze keuze schuil. Van Santen schildert wat hij mooi vindt. Hij wil met zijn werk niets uitleggen en geen statement maken.

Bij de onderwerpkeuze laat hij zich vooral leiden door gevoel voor schoonheid, romantiek en sfeer. Daarbij valt de belangrijke rol op die kleur, licht en schaduw spelen in het werk. Wat dat betreft past Van Santen in de – inmiddels al tamelijk lange en roemrijke – traditie van het impressionisme. Zijn trefzekere, vlotte schilderstijl, waarbij de penseelstreek duidelijk herkenbaar blijft, draagt daar aan bij. En wordt geschraagd door intuïtie, wat de indruk wekt dat zijn werk in een vloek en een zucht tot stand komt. Maar dat is schijn. Achter het klaarblijkelijke gemak gaat vaak een gecompliceerd proces van proberen en corrigeren schuil, dat een intense concentratie vereist en dat bijzonder tijdrovend is.

De landschappen en stadsgezichten vormen in omvang het meest bescheiden onderdeel van het oeuvre, maar zijn daarom niet minder belangrijk. Voor een schilder die de nadruk legt op schoonheid, romantiek en sfeer bieden zijn woonplaats Kampen en nabije omgeving genoeg aanknopingspunten. Van Santen houdt van wolkenluchten, maar ook van oude bouwvallige muren, al dan niet met begroeiing, en helemaal als hij ze op kan nemen in het geliefde evenwichtsspel van licht en schaduw. Met die onmiskenbare voorkeuren weet hij bekende en onbekende Kamper locaties vrijwel altijd in een nieuw licht te zetten. Sinds 2010 schildert hij in opdracht van het Frans Walkate Archief jaarlijks een portret van een markante Kampenaar.